Omgaan met een hypergevoelig kind

Hooggevoelig

Bij sommige kinderen staan de zintuigen net wat gevoeliger afgesteld dan bij andere. Bij deze gevoelige kinderen komen geluiden harder binnen, zijn drukke dagen extra vermoeiend en kunnen emoties onverwachts hoog oplopen. Misschien heb je weleens gehoord van de term HSP, oftewel: hoogsensitief persoon. Maar wat betekent dat nu eigenlijk? Hoe herken je het bij je kind, en wat kun je doen als je denkt dat jouw kind hoogsensitief is?

Wat is HSP?

Hoogsensitiviteit is geen stoornis of diagnose, maar een karaktereigenschap. Ongeveer 15 tot 20 procent van de mensen (kinderen én volwassenen) is hoogsensitief. Dat betekent dat hun zenuwstelsel gevoeliger is voor prikkels van buitenaf en dat ze deze informatie diepgaander verwerken.

Bij kinderen zie je dit terug in hoe ze reageren op geluid, licht, geur, sfeer, maar ook op emoties van anderen. Hoogsensitieve kinderen zijn vaak opmerkzaam, invoelend, creatief en intens. Maar dat betekent ook dat ze sneller overprikkeld of moe kunnen raken.

Hoe herken je een hoogsensitief kind?

Hoogsensitieve kinderen zijn niet allemaal hetzelfde. De een is verlegen en teruggetrokken, de ander juist pittig en vurig. Toch zijn er een aantal kenmerken die vaak terugkomen. Zo zijn hoogsensitieve kinderen meestal gevoelig voor harde geluiden, fel licht of drukke omgevingen. Dit kun je merken door hoe ze op verschillende situaties reageren. Misschien is je kind onhandelbaar na een kinderfeestje, of raakt het in paniek over kleine dingen zoals sokken die niet recht zitten of kriebelende kledinglabels.

Daarnaast merken veel hoogsensitieve kinderen stemmingen feilloos op. Als jij gespannen bent, voelt je kind dat vaak meteen aan, ook al probeer je je groot te houden. Verder denken hooggevoelige kinderen vaak diep na, stellen ze veel vragen en hebben ze meer tijd nodig om aan nieuwe situaties te wennen.

Wat kun je doen als ouder?

Als je vermoedt dat je kind hoogsensitief is, is het vooral belangrijk om dit te erkennen. Veel kinderen voelen zich ‘anders’ of ‘te veel’ als ze keer op keer overprikkeld raken, huilen zonder duidelijke aanleiding of zich terugtrekken. Door hen te helpen begrijpen dat hun gevoeligheid geen zwakte is, maar juist een kracht, geef je zelfvertrouwen en rust.

Daarnaast kun je proberen prikkels te doseren. Hoeft niet alles op één dag? Bouw rustmomenten in. Is er een drukke schooldag geweest? Misschien even geen speelafspraakje erachteraan.

Het helpt ook om situaties voor te bereiden. Vertel wat er gaat gebeuren, waarom, en wat je kind kan doen als het zich overweldigd voelt. Neem je kind serieus en geef het ruimte om emoties te uiten; huilen, boos zijn of zich even terugtrekken is oké. Lach gevoeligheid niet weg, maar laat merken dat je luistert. Juist dat geeft je kind het vertrouwen om zichzelf te mogen zijn.

Zorg voor jezelf

Een hoogsensitief kind opvoeden kan bijzonder zijn, maar ook behoorlijk intens. Misschien herken je dat je voortdurend op je woorden let, dat je nadenkt over elke overgang, elk uitstapje, elk kledingstuk. Het kan voelen alsof je op eieren loopt, of alsof alles nét iets meer vraagt dan je soms te geven hebt. In een druk gezinsleven, waarin aandacht verdeeld moet worden over werk, school, broertjes of zusjes en je eigen behoeften, is het niet altijd makkelijk om het geduld te bewaren. Het is goed om te weten dat dit normaal is, en dat het oké is om het ouderschap soms zwaar te vinden. En af en toe betekent dat ook: even pas op de plaats maken, hulp vragen of tijd voor jezelf inbouwen. Want goed voor je kind zorgen begint met goed voor jezelf zorgen.

Hulp bij hoogsensitiviteit

Hoogsensitiviteit is geen probleem dat opgelost moet worden, maar een eigenschap die begrip en begeleiding vraagt. Met de juiste ondersteuning leert je kind omgaan met de prikkels van de wereld, en komt de kracht van deze gevoeligheid vaak juist naar boven. Twijfel je of je kind hoogsensitief is en wil je er eens met iemand over praten? Dan kun je terecht bij de huisarts, of het consultatiebureau (bij kinderen tot 4 jaar). Zit je kind op de basisschool? Overleg dan eens met de leerkracht van je kind. Vaak is er op school ook mogelijkheid voor begeleiding op dit gebied, bijvoorbeeld via een kinderpsycholoog of fysiotherapeut.